Longread | Community Librarianship

Community Librarians

De Nederlandse praktijk
Voorwoord

David Lankes blijft inspireren, bij een leven lang leren, bij het belang van het gesprek en bij het uitwisselen van kennis in een gemeenschap, gefaciliteerd door de bibliothecaris. Niet alleen zijn opzwepende oneliners zie je terug in het bibliotheekwerk vandaag, zijn visie op het bibliotheekwerk - geworteld in de lokale gemeenschap - wordt daadwerkelijk in de praktijk gebracht door Nederlandse community librarians in het veld. Zijn missie raakt aan datgene waar de bibliothecaris voor staat: het versterken van de gemeenschap door het organiseren van uitwisseling van kennis in die gemeenschap. Door in gesprek te gaan met de lokale gemeenschap en gezamenlijk activiteiten te organiseren, kan kennis gecreëerd worden wat de samenleving sterker maakt.

Hoewel het werk van David Lankes zelf nog niet in een Nederlandstalige publicatie is uitgegeven, wordt er in bibliotheken volop vorm gegeven aan het werk van de nieuwe bibliothecaris. In deze longread (geschreven door Frank Huysmans en Nadia Palliser) komen het gedachtegoed van Lankes en de Nederlandse bibliotheekpraktijk samen. Een aantal kernbegrippen van Lankes en hun oorsprong in het wetenschappelijke werk van anderen, worden toegelicht. En er wordt een kijkje in de keuken gegeven in het werk van een aantal Nederlandse community librarians. Op deze wijze wil deze longread meer discussie aansporen en daadkracht aanjagen in het actuele bibliotheekwerk van Nederland.

De longread wordt aan de branche gepresenteerd bij de start van het opleidingsprogramma ‘Community Librarian’, geïnitieerd door Bieb Lab Brabant, een project van Cubiss. * 01
Het opleidingsprogramma heeft als doel de innovatieve kracht binnen de bibliotheek te versterken, door het (door)ontwikkelen van onder andere de competenties 'ondernemerschap' en 'politiek strategisch handelen' en is gebaseerd op het gedachtegoed van David Lankes.

*01

Bieb Lab Brabant heeft het initiatief genomen tot de ontwikkeling van een young professional-programma voor medewerkers van bibliotheken. Bekijk hier het bijbehorende beroeps- en opleidingsprofiel Community Librarian. De Innovatieraad van de Koninklijk Bibliotheek kende Cubiss een subsidie toe, waarmee het opleidingstraject deels gefinancierd wordt. Gio van Creij (NOBB), Gertjan Endedijk (Nieuwe Veste Breda), Hans Hooft (Theek5) en Sylvia van Stokkum (adviseur HR Bibliotheek Midden-Brabant) zijn vanuit het veld als sparring-partners betrokken; hbo-instituut Avans+ geeft samen met Bieb Lab Brabant inhoud aan het programma.

Wat is de missie van de community librarian?

Volgens David Lankes is de missie van de bibliothecaris de maatschappij verbeteren door kennis creatie te faciliteren in de community's van zijn of haar gemeenschap. Deze missie sluit aan bij de behoefte van mensen om met elkaar in gesprek te gaan, om vragen voor te leggen, elkaar waar nodig te helpen en te inspireren. Het sluit aan bij de behoefte om de plek waar je woont beter te leren kennen, sociale contacten te ontwikkelen en te onderhouden. Mee te doen met de dingen die lokaal gebeuren. Dit kunnen tijdelijke of blijvende community's zijn, bijvoorbeeld bloggers of opiniemakers, nieuwkomers of jonge ouders, actieve ouderen en lokale artiesten, ondernemers, schrijvers, dichters, wetenschappers. Community's die met een doel voor ogen en een hart voor hun stad of dorp samen willen komen en verder willen leren, wat het fundament vormt van de visie van David Lankes. Met gebruik van allerlei tools (waar de collectie één van is), draait het steeds om versterken van de lokale gemeenschap door het organiseren van uitwisseling van kennis en informatie in die gemeenschap. De bibliothecaris die deze missie deelt, op zijn eigen persoonlijke manier, is een community librarian.

Inleiding
The mission of librarians is to improve society through facilitating knowledge creation in their communities

UITGAANDE VAN DE MISSIE VAN DE BIBLIOTHECARIS, GEFORMULEERD DOOR DAVID LANKES, GEEFT DEZE LONGREAD EEN OVERZICHT VAN EEN AANTAL KERNBEGRIPPEN DIE BELANGRIJK ZIJN VOOR HET WERK VAN DE COMMUNITY LIBRARIAN. DIT IS GEKOPPELD AAN DE PRAKTIJK MET VOORBEELDEN VAN PROJECTEN EN KORTE PORTRETTEN VAN 8 NEDERLANDSE COMMUNITY LIBRARIANS. De longread laat een momentopname zien van de processen waar community librarians mee bezig zijn en toont daarmee hun toewijding aan hun gemeenschap.

Inhoudsopgave
Working together effectively
Long-term cooperation
Community feedback
Ways to Connect
Wat is community librarianship?
To be a librarian is not to be neutral, or passive, or waiting for a question. It is to be a radical positive change agent within your communityLankes, Success through Collaboration.
Community librarianship is een moeilijk te vertalen term. We laten het ook maar onvertaald. Maar wat betekent het? Laten we beginnen met de twee onderdelen: ‘community’ en ‘librarianship’.
Wat is een community?

Letterlijk betekent community* ‘gemeenschap’: een groep van mensen die iets gemeenschappelijks deelt. Bij openbare bibliotheken denken we bij dat gemeenschappelijke in eerste instantie aan de woonplaats of, iets breder, aan de mensen die in het werkgebied van de bibliotheek wonen. Bij schoolbibliotheken zijn het leerlingen, en bij wetenschappelijke en hogeschoolbibliotheken zijn het de studenten en medewerkers van de onderwijsinstelling.

*Community – Gemeenschap

Groep mensen (die elkaar al kennen, of nog niet) die iets gemeenschappelijks delen, zoals woonplaats, interesse of activiteit

Maar er kunnen ook andere kenmerken zijn die de ‘community’ maken. Het lidmaatschap van een leeskring of van een ouderennetwerk bijvoorbeeld, of de belangstelling voor een bepaald onderwerp. Je kunt zeker ook tot meerdere community’s tegelijk behoren. Het lid zijn van de ene community sluit lidmaatschap van een andere niet uit. Zo kun je lid zijn van een toneelgroep én geïnteresseerd zijn in de lokale geschiedenis.

De community’s waar het hier om gaat, kunnen meerdere gedaanten hebben:

  • Het kunnen al bestaande groepen zijn van mensen die elkaar al langer kennen en die zich ‘verenigd’ hebben rond een onderwerp of een bepaalde praktijk. Denk aan een heemkundekring van mensen die samenwerken om de lokale geschiedenis te ontdekken en beschrijven, of aan een leeskring: mensen die dezelfde boeken lezen en bij elkaar komen om erover te praten.

  • Het kunnen mensen zijn die elkaar nog niet zo goed of zelfs nog helemaal niet kennen, maar wel een gemeenschappelijk belang of gedeelde interesse hebben. Door deze mensen bij elkaar te brengen, zou een band tussen hen kunnen ontstaan. Denk bijvoorbeeld aan mensen die zich zorgen maken over de verkeersoverlast die een nieuw aan te leggen weg zou kunnen gaan veroorzaken. Of aan immigranten uit diverse landen die de Nederlandse taal moeten leren om te slagen voor hun inburgeringsdiploma. Of jongeren die meer willen leren over het programmeren van apps of het maken van professioneel ogende vlogs.

En wat is librarianship?

Ook voor dit woord is er geen Nederlandse vertaling die de lading goed dekt. Tik je het in Google Translate in, dan krijg je er ‘bibliothecarisheid’ voor terug... ‘Bibliotheekwerk’ dekt de lading nog het beste. Belangrijker echter dan de letterlijke betekenis is de inhoud. De meeste mensen denken bij ‘librarianship’ eerst en vooral aan experts in het ordenen van informatiedragers (boeken, cd’s, dvd’s) – aan content en metadata. Of misschien aan professionals die goed zijn in het bemiddelen tussen informatievragen van gebruikers en een collectie informatiedragers. Zo niet David Lankes. Bibliotheekwerk moet je niet definiëren in termen van fysieke objecten zoals boeken, stelt hij, maar in termen van ‘leren’ en ‘kennis’ (Lankes, Atlas, 2011, p. 23). Of ‘persoonlijke ontwikkeling’, zoals het in de Nederlandse Wet Stelsel Openbare Bibliotheekvoorzieningen heet. Anders geformuleerd: het gaat niet om de producten van kennis, maar om het tot stand komen van kennis. Bij librarianship draait alles om het vooruit helpen van:

  • individuele personen,
  • de gemeenschappen waarvan zij deel uitmaken,
  • en uiteindelijk van de samenleving als geheel.

The worldview of librarians has become so fixated on artifacts (books, CD’s, etc.) that they have a hard time separating out their goals from the tools they use to achieve them. (Lankes, Atlas, p 15)
Community + librianship: Het belang van conversatie ... en van een goede verstandhouding

Als we nu community en librarianship samenbrengen, dan hebben we al een beter beeld van wat community librarianship volgens Lankes zou moeten zijn. Bibliothecaris zijn betekent het helpen creëren van nieuwe kennis in en met community’s. Het collectioneren, ordenen en ontsluiten van boeken en andere informatiedragers is niet het doel, maar een middel om kenniscreatie* vooruit te helpen.

Het wil overigens niet zeggen dat álle community’s baat hebben bij een stimulerende rol. In Lankes’ woorden: “Niet alle community’s hebben bibliotheken nodig. Maar in de community’s die ze wel nodig hebben is de bibliotheek een onderdeel van de community, en moet je ervan uit kunnen gaan dat de bibliotheek een rol heeft in het verbeteren van de community” (Lankes, Expect More, 2012, p. 75).

* Knowledge creation – Kenniscreatie

In interactie en conversatie met elkaar dingen ontdekken en leren begrijpen en vastleggen in een kennisproduct (bijvoorbeeld tekst, boekje, film)

Not all communities need libraries. But in the communities that do need them, the library is part of the community, and you should expect that library to have a voice in improving the community. (Lankes, Expect More, 2012, p. 75)

Maar er is zeker wat voor te zeggen dat elke community baat zou kunnen hebben bij een bibliothecaris die de kenniscreatie stimuleert en faciliteert. Die ambitie zou je als bibliothecaris kunnen, en misschien wel moeten hebben.

Wat daarbij niet helpt, is het beeld dat veel mensen van de bibliotheek hebben: een plek waar je boeken en andere materialen kunt gebruiken en lenen. En waar bibliothecarissen zeggen dat je stil moet zijn en vooral heel voorzichtig met de boeken moet zijn. De actieve rol van de community librarian – aanjager van het creëren van nieuwe kennis – is niet alleen voor bibliothecarissen nieuw. Het is ook nieuw voor de mensen en community’s die we vooruit willen helpen.

We roepen het nog even in herinnering: je rol als community librarian is niet het toegankelijk maken van kant-en-klare kennisproducten zoals boeken. Wel het samen met de leden van de community kennis creëren door met hen in gesprek te gaan. Maar wat als het publiek dit helemaal niet van jou verwacht?

Het is voor beide partijen even wennen, een bibliothecaris die kenniscreatie wil stimuleren. Je zult daarom geduld moeten hebben en stapje voor stapje een goede verstandhouding moeten opbouwen met de community waarmee je aan de slag gaat. De leden van een community moeten die nieuwe rol van de bibliothecaris eerst begrijpen en vertrouwen. Anders komt er geen gesprek op gang, en kan er van kenniscreatie en ‘verbetering van de samenleving’ geen sprake (letterlijk!) zijn.

Het perspectief van de ander

Het is verleidelijk te denken dat je als bibliothecaris vanuit jouw professionaliteit wel kunt inschatten welke kennisvragen er in community’s spelen. Maar als je met de leden van de community in gesprek gaat en jouw eigen inschatting even tussen haakjes zet, merk je vaak al gauw dat je gesprekspartners op een andere manier naar de wereld kijken dan jijzelf. Meer dan eens komen zij met kennisvragen die jij niet had voorzien.

Het is dan ook van groot belang niet jouw eigen perspectief, maar dat van de ander in het gesprek centraal te stellen. Waarom? Omdat er anders geen goede verstandhouding tot stand komt tussen jou zelf en de mensen met wie je nieuwe kennis wilt creëren, aldus Lankes. Alleen zo leer je hun perspectieven kennen en kun je aansluiten bij hun behoeften, problemen en wensen. Je leert met een duur woord hun referentiekader kennen. Dat kader of perspectief probeer je je zo goed mogelijk eigen te maken, zodat je als het ware door hun ogen naar de wereld leert kijken. Als dat je lukt, is de basis gelegd voor een productieve samenwerking tussen jou als bibliothecaris en de community in het creëren van kennis.

Deze visie bouwt voort op de sense-making approach van de Amerikaanse communicatie- en bibliotheekwetenschapper Brenda Dervin. De kennis die mensen eerder in hun leven hebben opgedaan, is in de meeste situaties toereikend om zich probleemloos door het leven van alledag te bewegen. Toch doen er zich in dat alledaagse leven problematische situaties voor, waarin we niet weten wat te doen. Het kunnen kleine dingen zijn: je bent je sleutels kwijtgeraakt en kunt je auto niet meer openen terwijl je naar een afspraak moet. Of grote dingen: de arts vertelt jullie dat je partner ernstig ziek is en een intensieve behandeling moet ondergaan.

In zulke situaties is het net alsof je voor een ravijn staat: je moet naar de overkant, maar er is nog geen brug. Die – cognitieve – brug moet je zelf construeren. Je kunt vragen stellen, op nieuwe ideeën komen, en/of op zoek gaan naar nieuwe kennis bij familie, vrienden en experts of in informatiebronnen, zoals boeken.

Ook de vragen waarmee community’s worstelen, kan worden gezien als de noodzaak van het bouwen van zo’n brug. Bibliothecarissen zijn traditioneel opgeleid om in zo’n geval direct hulp te bieden in de vorm van het aanreiken van informatiebronnen. Community librarians doen dat anders. Zij beginnen bij het leren kennen van het referentiekader van de leden van de community. Door bewust aansluiting te zoeken bij het perspectief van de ander. Pas als de conversatie vanuit het referentiekader van de ander op gang is gekomen en de daardoor gegeneerde kennis bij dat subjectieve perspectief past, zullen de leden van de community in staat zijn zelf een brug over het ravijn te bouwen. Hoe bibliothecarissen dat doen? Door middel van conversatie.

Conversatie
A librarian must understand that knowledge is not some artifact or item, but rather a uniquely human resource arrived at through active conversation.(Lankes, Atlas, p 29)

Nieuwe kennis creëren doe je door een conversatie met de community aan te gaan. In die conversatie stel je bewust de kennisvragen en –problemen van de leden van die community centraal. In de woorden van Lankes: “kennis is geen product of item, maar een uniek menselijk hulpmiddel dat wordt bereikt door actieve conversatie” (Lankes, Atlas, p. 29). Leren – kennis opdoen – is in de optiek van Lankes (en vele anderen) een vorm van zin geven aan de werkelijkheid, of ook wel werkelijkheidsconstructie. De bijbehorende leertheorie wordt om die reden ook wel ‘constructivisme*’ genoemd.

“In de kern van de constructivistische benadering staat de opvatting dat je wel voorwaarden kunt scheppen voor een leerproces, maar dat het onmogelijk is om kennis of een leerproces aan iemand op te leggen” (Lankes, Atlas, p. 27). Leren wordt beschouwd als individueel en subjectief. Pas door het leerproces vast te leggen in een kennisproduct – een verhaal, een filmpje, een boek, of wat dan ook – krijgt het een objectieve gedaante. Hoewel: ook bij het bekijken van dat filmpje of het lezen van het boek zullen mensen er tot op zekere hoogte verschillende betekenissen aan geven.

* Constructivism – Constructivisme

Stroming in de wetenschap die stelt dat de werkelijkheid niet objectief kenbaar en observeerbaar is ‘zoals ze is’, maar alleen door via (inter)subjectieve interpretatie kenbaar wordt. Als je wilt begrijpen waarom mensen doen wat ze doen, moet je hun beeld van de werkelijkheid leren kennen door met ze te praten.

Gedeelde activiteit

In het nieuwe bibliotheekwerk ga je als community librarian samen met leden van je community aan de slag. Shared activity* noemt Lankes dat: gedeelde activiteit. Waarom ‘gedeeld’? In interactie met elkaar kan geen van de individuele deelnemers echt sturen wat er gebeurt. Gesprekken en activiteiten nemen een richting die door geen van de deelnemers van tevoren kon worden voorspeld, laat staan beoogd. Dit wordt wel het systemische karakter van sociale interactie genoemd (sociale wetenschappers spreken van sociale systemen). Het heeft ermee te maken dat wij niet elkaars gedachten kunnen lezen. Juist omdat dat zo is, moeten we onze toevlucht nemen tot communicatie door middel van taal, maar ook gedrag, gebaren, lichaamstaal.

* Shared activity – Gedeelde activiteit

Bibliothecaris en leden van een community werken samen aan het creëren van nieuwe kennis

* Mapping conversations – Conversatie in kaart brengen

Methode die bibliothecarissen kunnen inzetten om conversaties met en in community’s te plannen en de gecreëerde kennis vast te leggen

Natuurlijk gaan die gesprekken inhoudelijk niet zomaar alle kanten op. Al is de kans zeker aanwezig dat het gebeurt. De onderwerpen die de groep wil oppakken, zijn leidend. Als community librarian probeer je het gesprek wel naar een ‘punt’, een conclusie of resultaat - toe te brengen. De filosoof en psycholoog Gordon Pask (1928-1996), wiens conversatietheorie een belangrijke inspiratiebron is in de denkschool waaruit Lankes voortkomt, benadrukte de noodzaak van consensus (consensual agreement) in het ‘leren door interacteren’ binnen een groep. Om tot gedeelde kennis, een leeropbrengst, over een onderwerp te kunnen komen, moet er in de conversatie naar worden gestreefd die kennis expliciet te maken en er overeenstemming over te bereiken. De bibliothecaris begeleidt het proces van consensusvorming, bijvoorbeeld met de ‘mapping conversations*’-aanpak. Maar het is de community (inclusief de bibliothecaris!) die naar consensus streeft en zo eigenaar wordt van de gedeelde kennis.

Het is goed een onderscheid te maken tussen het proces van kenniscreatie en het resultaat ervan. De term ‘gedeelde activiteit’ verwijst naar het kennisproces, terwijl de term ‘gedeeld eigenaarschap’ verwijst naar het kennisproduct dat het tastbare resultaat ervan is: een verhaal, een foto-expositie, een geluidsopname, een YouTube-filmpje – wat dan ook. Bibliothecarissen zijn traditioneel gericht op kennisproducten, die ze van oudsher al collectioneren, ordenen en ontsluiten. De community librarian is juist gericht op de totstandkoming van nieuwe kennis, op het zo goed mogelijk participeren in en begeleiden van het proces.

Kenniscreatie faciliteren
Reading, gaming, getting people's attention, driving people to the table, and mediating communications between members require a powerful facilitator, not a weak or subservient one. To be a librarian is to be powerful. (Lankes, Atlas, p 80)

Kenniscreatie faciliteren*: het klinkt ingewikkeld, en dat is het ook. Hoe pak je het aan? Lankes geeft vier nadere aandachtspunten (Atlas, p. 66 - 81):

  • toegang (access):

    leden van een community in gesprek brengen met elkaar en in interactie met bronnen van kennis. Die bronnen kunnen boeken en andere materialen zijn, maar ook filmpjes op internet, experts die hun kennis willen delen, en vooral: elkaar.

  • kennis:

    wat je over een onderwerp moet weten om een goede conversatie te kunnen voeren met een groep mensen. Het gaat hierbij om het samenbrengen van de juiste expertise, of dit nu een spreker, een film of een verzameling van boeken en websites is uit de collectie.

  • omgeving:

    een plek waar leden van de community zich veilig en prettig voelen om met elkaar aan de slag te gaan

  • motivatie:

    het tonen van begrip, het aanmoedigen tot deelname en soms ook het afremmen van mensen die té enthousiast zijn of het proces op een andere manier verstoren

* To facilitate, facilitation - Faciliteren, facilitering

Voorwaarden scheppen: aanbieden van werkvormen en gereedschappen waardoor kenniscreatie in een groep in goede banen wordt geleid

Er zijn tal van instrumenten en werkwijzen waarmee je kenniscreatie kunt faciliteren. Aan het noemen van voorbeelden kleeft het risico dat je jezelf onbewust al in een bepaalde richting laat sturen. In feite ligt de grens van wat er mogelijk is alleen bij je eigen creativiteit. Community librarians zijn bewust van deze vier facetten van het faciliteren in alles wat zij organiseren: met voortschrijdend inzicht en een eigen persoonlijke benadering.

Gedeeld eigenaarschap & lidmaatschap

Bibliotheekwerk kent een lange traditie van dienstverlening in community’s, aan mensen die kennis, informatie of raad komen ‘halen’. Traditioneel is de relatie tussen een bibliothecaris en bibliotheekgebruikers een ongelijke of asymmetrische: de een bezit de kennis en informatie, de ander niet.

In het nieuwe bibliotheekwerk, zegt Lankes, is de verhouding veel minder ongelijk. Natuurlijk heeft de community librarian bepaalde kennis en vaardigheden in huis om processen van kenniscreatie aan de gang te krijgen en te houden. In die zin is de verhouding niet gelijk.

Maar de kennis die eruit voortkomt, is gedeelde kennis. Die kennis komt niet toe aan individuele deelnemers, niet aan de bibliotheek, maar aan de gemeenschap als geheel. Het delen met anderen werkt in de praktijk motiverend: mensen werken als groep aan iets nieuws, en het wordt ook gedeeld eigendom. Het betekent wel dat je als community librarian een deel van je verantwoordelijkheid voor de kenniscreatie aan de groep moet durven overdragen. Uiteindelijk bepalen zij hoe zij te werk gaan en welke werkvormen en gereedschappen ze gaan gebruiken.

Deze discussie raakt aan de vraag hoe je als bibliothecaris de leden van je community’s aanspreekt. Noem je ze je ‘klanten’? ‘Gebruikers’? Lankes verkiest de term ‘leden’ (members), omdat die het gedeelde eigenaarschap* goed uitdrukt (Atlas, pp. 65-66). Of die ‘leden’ ook echt geregistreerde gebruikers zijn of slechts ‘bezoekers’, is van secundair belang. Het gaat erom dat deelnemers betrokken zijn met de andere leden van de community en de bibliothecaris, hoe tijdelijk die betrokkenheid ook kan zijn.

* Shared ownership – Gedeeld eigenaarschap

Resultaten van samenwerking tussen bibliothecaris en leden van een community


Bronnen

Dervin, B. (1989). Audience as Listener and Learner, Teacher and Confidante: The Sense-Making Approach. In R. Rice &Ch. Atkin (red.), Public Communication Campaigns, 2nd Edition (pp. 67-86). Newbury Park: SAGE.

Dervin, B. (1998). Sense-making theory and practice: An overview of user interests in knowledge seeking and use. Journal of Knowledge Management, 2 (2), 36-46. [http://dx.doi.org/10.1108/13673279810249369]

Lankes, R. David (2011). The Atlas of New Librarianship. Cambridge, MA/London: MIT Press.

Lankes, R. David (2012). Expect More! Demanding Better Libraries For Today’s Complex World. Te downloaden van https://davidlankes.org/wp-content/uploads/2014/01/ExpectMoreOpen.pdf

Lankes, R. David (2016). The New Librarianship Field Guide. Cambridge, MA/London: MIT Press.

Pask, Gordon (1976). Conversation Theory. Applications in Education and Epistemology. Amsterdam/Oxford/New York: Elsevier.

Social compact
social
compact

Volgens David Lankes is het de bibliothecaris zelf, niet zozeer de bibliotheek, die zich verhoudt tot de behoeftes van de lokale gemeenschap. De bibliotheek verhoudt zich tot de identiteit van de stad of dorp als geheel; de bibliothecaris werkt aan het opbouwen van een vertrouwensband met de inwoners. Wat houdt deze vertrouwensband* (Lankes: ‘social compact’) in? De bibliothecaris gaat in gesprek met de leden van de gemeenschap, hij tast af aan wat voor activiteiten er behoefte is, hij genereert draagvlak en vindt overeenstemming over zijn eigen rol hierbij. Het is een vertrouwensband waarin de afstemming tussen concrete behoeftes vanuit burgers en de maatschappelijke rol van de bibliothecaris telkens anders is.

* Social compact- Goede verstandhouding, vertrouwensband

In gesprek met deelnemers draagvlak opbouwen voor jouw ‘nieuwe’ rol als facilitator van kenniscreatie (i.t.t. ‘traditionele’ bibliothecaris)

De praktijk: Schiedam & Oosterhout met Jan van Bergen en Henegouwen en Juan Khalif

Schiedam

Jan van Bergen en Henegouwen, bibliothecaris in de Korenbeurs van Schiedam, werkt aan deze vertrouwensband: "Het is noodzakelijk een goede, liefdevolle en gelijkwaardige relatie op te bouwen met je publiek." Vanuit een concrete vraag uit zijn gemeenschap gaat hij aan de slag. Binnen de programmering en in de collectie, want voor de toch ook klassieke Bibliothecaris van het Jaar (2013), met zijn onmetelijke kennis van boeken, vormen programmeren en collectioneren één geheel. Ook gaat de bibliotheek de wijken in, met buurtbibliotheken, waarbij er veel met vrijwilligers wordt gewerkt - lokale community librarians die een vinger aan de pols houden. Belangrijk hierbij is de actieve relatie die Jan onderhoudt met de gemeente: hij ziet de gemeente als gesprekspartner, niet als opdrachtgever. Als er zich een concrete vraag aandient vanuit het publiek, zijn er wel een paar voorwaarden, aldus Jan:
Links: onthulling borstbeeld van F. Bordewijk door zijn klein- en achterkleinzoon. Rechts: start van de wandeling door het Schiedam van Bordewijk

1. Als het in de stad al gebeurt, dan doe je het als bibliotheek niet nog een keer. Kinderyoga in de jeugdbibliotheek is voor peuters een geweldige oefening in het visualiseren van woorden aan de hand van je lichaam (leesbevordering kruist moeiteloos met een van de acht intelligenties van Howard Gardner) maar als de cursus al aan de andere kant van de straat wordt gegeven, dan doe je het niet. Wat dan wel mogelijk is, is een gedeelde activiteit waardoor je elkaar wederzijds versterkt.

2. Er moet ook een breed raakvlak zijn. Mooie en professionele foto's van de molens van Schiedam, de hoogste van Nederland, laten het cultureel erfgoed van de stad goed zien. Als dit echter zonder andere organisaties gebeurt, wordt het te 'niche' en onzichtbaar, weggestopt in een vitrine. Workshops in samenwerking met de Vereniging van Molens bieden wellicht meer actie voor geïnteresseerden, de bibliotheek bereikt hiermee publiek buiten haar eigen netwerk en vergroot het raakvlak door fotografie, via erfgoed, naar molens van binnen en van buiten bewonderen op een mooie dag in Schiedam, met elkaar te verbinden. Elk project is een samenwerkingsproject dat in co-creatie wordt ontwikkeld: zoals de serie 'Shakespeare dood of groot” over King Lear, samen met toneelgezelschap “De Stokerij” met als gast Jack Wouterse. Of “Koren onder de Molens” met buurtkoren uit Schiedam in samenwerking met “Stichting Mooi Werk” (projecten in kunst en cultuur).

Tot slot 3. De vraag moet te maken hebben met de rol van de bibliotheek in de samenleving (die overigens wel breder aan het worden is). De beeldvorming rond de bibliotheek verbetert maar volgens Jan is voor het brede publiek de transitie naar de maatschappelijke bibliotheek nog niet gemaakt. Die nieuwe verhouding met je publiek, die vertrouwensband heeft tijd nodig.
"Shakespeare dood of groot” over King Lear met Jack Wouterse en zoon.
WAYS TO CONNECT - VERTROUWEN WINNEN

  1. Als het al lokaal gebeurt, doe het dan niet nog een keer. Of ga nog eens in gesprek om te kijken wat voor samenwerking wel tot wederzijdse versterking kan leiden.
  2. Alleen door samen te werken met andere lokale organisaties, soms uit onverwachte hoeken, kun je een breed raakvlak genereren.
  3. Als het goed is, wordt de rol van de bibliotheek dankzij de samenwerking duidelijk.

Oosterhout
In Oosterhout straalt Juan van de gastvrijheid terwijl zijn oren bijna ronddraaien van het actief luisteren. Hij belichaamt als community librarian twee vragen: 'wat speelt er nu in mijn omgeving en hoe kan ik hierop inspelen?' waarmee hij continu de vertrouwensband met het publiek aanhaalt. Zijn project Nieuw in Nederland (2015 - 2016) verbindt de weg van de nieuwkomer met de taal en cultuur van Nederland. Niet als taalles maar aan de hand van thema's, aangevuld door de bibliotheekcollectie, als een serie van bijeenkomsten over typisch Nederlandse gewoontes, over kunst en cultuur, over hoe en waar je de taal kunt leren, over werk en studie, over de Nederlandse keuken en tot slot over het geluk. Soms wordt er iemand uitgenodigd, zoals iemand van de gemeenteraad die over werk en regelgeving komt praten of de burgemeester. Vaak is Juan gespreksleider en gids bij de bijeenkomsten, druk vertalend in het Arabisch.
Het woord 'thuiswedstrijd' past goed bij de serie bijeenkomsten: als oer-Hollandse term die bij elke Nederlander meteen ‘aankomt’ (of je nu aan teamsport doet of niet) draagt het effectief bij aan het doel van het project: nieuwkomers te helpen een nieuw thuis te creëren, maar ook lokale burgers een andere kijk op Nederland te geven. De serie bijeenkomsten worden aangevuld met het verhaaladvies van de bibliotheek: deelnemers kunnen een keuze maken uit allerlei boeken om verder te lezen over de Nederlandse en Brabantse cultuur. Bijvoorbeeld Nederland op zijn Mooist van Frans Lemmens, Het Boek van Opa Politiek van Hans Daalder of Het Achterhuis van Anne Frank. Deze tijdelijke verzameling uit de collectie, zichtbaar uitgestald, trok ook Nederlands publiek aan. Het project genereert onderhuids meer bewustzijn over culturele identiteit en over hoe het is om je land te verlaten en een nieuw thuis te maken, bijvoorbeeld met het boek Nujeen, geschreven door Nujeen Mustafa en Christina Lamb. Er is aandacht voor zaken waarop minder nadruk ligt in het reguliere integratietraject maar waar de bibliotheek altijd al op gericht is: de persoonlijke ontwikkeling. Omdat vluchtelingen de eerste periode in Nederland vooral bezig zijn met het uitrusten van de reis en het vervullen van basale behoeften, is ervoor gekozen om zich in samenwerking met Vluchtelingenwerk (Surplus Welzijn) te richten op nieuwkomers die een jaar tot vijf jaar in Nederland zijn. Voor dit project hebben hoofdzakelijk Arabische nieuwkomers zich aangemeld. Er zijn geen eisen qua leeftijd of opleiding gesteld aan de deelnemers, wel is actieve deelname aan de bijeenkomsten gevraagd.
Deelnemers van Nieuw in Nederland, 2015 - 2016.
Uiteindelijk deden zo'n 25 à 30 deelnemers mee bij elke bijeenkomst, onder wie ook nieuwkomers uit Eritrea, Somalië en Taiwan en een aantal Nederlanders die het leuk vonden hierbij betrokken te zijn. Zoals vrijwilliger Susanne Voges die hierover vertelt: "Het was boeiend en leerzaam voor mij om als vrijwilliger bij de organisatie van deze bijeenkomsten betrokken te zijn. Een van de leerpunten was bijvoorbeeld het slechten van de taalbarrière door ons heel sterk te richten op visueel materiaal. Het voelde als een uitdaging om deelnemers daadwerkelijk iets meer te laten zien en ervaren van ons land." In Verhaal Ver Weg en Lokaal in Raalte, een vergelijkbaar project, staat het gesprek tussen lokale bewoners en nieuwkomers op de voorgrond. Ook bij de Bibliotheek aan den IJssel is dit jaar 'de ABC Vakantieclub voor Nieuwkomerkinderen' gestart. Nu Juan het project Nieuw in Nederland heeft afgerond, komt er mogelijkerwijs een volgend project met vluchtelingen, deze keer gericht op werk. "Werk, in wat voor vorm dan ook, zorgt voor integratie," aldus Juan. Het vinden van werk kan een lang proces zijn maar door het maken van persoonlijk contact in je directe omgeving, kom je verder. Mensen gaan met je mee denken, als ze weten dat je actief op zoek bent naar werk. In ieder geval als je dit zelf ook in een gesprek aankaart. Daarom is het voor nieuwkomers van levensbelang een lokaal netwerk te ontwikkelen. Iets waar de community librarian van doordrongen is. Als je al 40 jaar in dezelfde plaats woont en werkt is dit een vanzelfsprekendheid, maar voor mensen die verhuizen, binnen Nederland en erbuiten, is dit geenszins het geval. Tegenwoordig is het natuurlijk heel makkelijk om relaties op afstand te onderhouden dankzij het internet en sociale media. Het makkelijke contact maakt de emotie die je voelt voor de ander meer van alledag, vindt Juan, in tegenstelling tot een brief of dat ene telefoongesprek van weleer. Toch kan sociale isolatie op de loer liggen, ook als je al heel lang in hetzelfde dorp woont, denk aan ouderen. Juist door het gebrek aan directe contacten in je woonomgeving. Onlangs werd Jan aangesproken door een vrouw op straat. Zij kende hem nog van een ontvangst in de bibliotheek, twintig jaar geleden, in het kader van de taalles die zij volgde toen zij als Turkse net in Schiedam was aangekomen. Het welkom heten, de gastvrijheid die de bibliothecaris uitdraagt, maakt indruk. Het blijkt ook een eerste voorwaarde om het vertrouwen te winnen dat je nodig hebt om verder in gesprek te komen. Openingstijden dragen hier trouwens ook aan bij, bijvoorbeeld door gewoon open te zijn op Tweede Paasdag. Maar daar stopt het niet: gastvrijheid vraagt om wederkerigheid. Dit kan in eerste instantie voor een cultuurshock zorgen. Jan, die zijn vier zoons het liefst Paul, John, George en Ringo had genoemd, stond ooit geheel perplex toen geen enkele deelnemer van een groep Turkse vrouwen The Beatles bleek te kennen.

De community librarian kan beter zo veel mogelijk de eigen aannames uitschakelen, om te horen wat er terugkomt, bijvoorbeeld aan concrete wensen in de groep, jouw eigen rol hierbij als bibliothecaris en hoe de faciliteiten van de bibliotheek hierbij kunnen helpen. Bij de start van een serie bijeenkomsten alvast een evaluatieformulier uitdelen, geeft bijvoorbeeld onmisbare informatie over de redenen voor deelname. Hierop inspelen, zonder je oorspronkelijke doel te verliezen, versterkt jouw verbinding met de deelnemers. Die verbinding moet wel ‘echt’ zijn, aldus Jan & Juan. Om een leerwerkplaats te faciliteren waarin deelnemers weten waarom ze het doen, actief mee willen doen en het niet erg vinden om iets niet te weten. Een balans vinden tussen je eigen intrinsieke motivatie als bibliothecaris en de voelsprieten steeds aan hebben staan, blijft hierbij essentieel. Juan moest bij zijn project Nieuw in Nederland echt doorvragen om concrete behoeftes bij de deelnemers op het spoor te komen. Waar bijvoorbeeld behoefte is om meer te weten over het feest Sinterklaas, kan Juan deze vraag dankzij de collectie in een context plaatsen. Waar bijvoorbeeld vrijwilligers nieuwsgierig zijn naar de verhalen van deze nieuwkomers, kunnen levensverhalen opgeschreven worden om die wederkerigheid, ook hier, te realiseren. Vooral in dit laatste, schuilt de gedeelde eigenaarschap waar Lankes op doelt. Met Juan als gids, ontmoeten de nieuwkomers en vrijwilligers elkaar tijdens Nieuw in Nederland aan de hand van allerlei voorbeelden uit de Nederlandse cultuur. Dit geheel is een gedeelde activiteit die kan leiden tot kenniscreatie met de collectie - Juan geeft context rond bepaalde culturele gewoontes, symbolen en rituelen en verzamelt reacties hierop - maar de levensverhalen zijn van de deelnemers zelf. Die social compact moet er dus wel zijn willen deelnemers hun levensverhaal toevertrouwen een de bibliotheek. Er zijn tegenwoordig onmetelijk veel opties tussen een ervaring delen en een verhaal schrijven als boek. De mogelijkheden lijken hierbij alleen maar toe te nemen. Het is aan de community librarian om dit te faciliteren en koesteren, zeggen Jan & Juan met lach en een knipoog.

Shared activity
shared
activity
Volgens Rob Bruijnzeels heeft de bibliotheek altijd al de focus op persoonlijke ontwikkeling gehad maar wel met een nadruk op het individu * 01. De behoefte om informatie te 'wegen' met andere mensen, je principes aan anderen te spiegelen terwijl je nog een antwoord zoekt op je vraag, dat is een collectieve manier van leren die volgens Lankes veel meer aandacht verdient in de bibliotheek. Sturing en controle op de uitkomsten staan in dit soort processen niet centraal maar eerder de kwaliteit van het gesprek, de interactie onderling, dat wat tot nieuwe inzichten en kennis leidt. Dit proces kan alleen in een 'gedeelde activiteit' (shared activity) gefaciliteerd worden. Er moet sprake zijn van een gezamenlijke activiteit door de mensen die op de bijeenkomsten afkomen. Wat betekent dit in de praktijk van de community librarian? Welke gunstige voorwaarden zijn nodig om dit gesprek - het wegen en spiegelen van actuele informatie met elkaar - op gang te brengen?
*01 Rob Bruijnzeels, TK Forum 2017

“Better Library and Learning Space: Trends and Ideas” | Bangkok 2 February 2017

Customer-driven librarianship presents information as a commodity and abandons the notion of the library as a sharer of information and a place of creativity where information's value does not erode because it is shared, and in fact, can sometimes increase in value - (Buschmann, 2013, p 120, geciteerd in Atlas, p 315)

De praktijk: Utrecht en Den Bosch met Yavanne van Tiggelen en Ruud Geven

Vanuit de Bibliotheek van Utrecht, is Yavanne al lange tijd op zoek naar een nieuwe manier van programmeren zonder de kernwaarden van de bibliotheek uit het oog te verliezen. Zo ook Ruud Geven vanuit de Bibliotheek van Den Bosch. Door constant in gesprek te blijven met collega's, programmamakers en potentiële deelnemers in hun geliefde stad, blijven de voelsprieten van deze community librarians (hyper)actief. Dankzij een goede afstemming met hun omgeving, zorgen zij voor gedeelde activiteiten die aansluiten bij de behoeftes van hun gemeenschap: zij zijn bezig bijeenkomsten te realiseren die echt bijdragen aan zowel kennisniveau als daadkracht van hun medestadsbewoners, iets dat de missie van Lankes onderstreept.

Denkplaats #1, 30 maart, 2016 bij Koffie Leute, Utrecht.
Nu de Bibliotheek van Utrecht gaat verhuizen naar een monumentaal gebouw, het oude postkantoor van Utrecht op de Neude, biedt dit ruimte voor vernieuwing. De collectie krijgt een andere rol: het is geen alles kennende bron van informatie maar eerder een deel van de toerusting, ondersteunend aan goede programmering. En dit laatste, dat wil de Denkplaats zijn door denken en doen samen te brengen. Zo besloot Yavanne om niet tussen de boekenkasten een programma voor het publiek te organiseren maar juist in een glazen kas, in een loods met planten eromheen. Een post-industriële nieuwetijdssfeer, die doet denken aan het nieuwe gebruik van het zwemparadijs Tropicana in Rotterdam: geen glijbanen en patat meer, maar een verzamelplek van ondernemingen die afval willen recyclen. De Denkplaats is in maart 2017 gestart, een pilot van twee bijeenkomsten in samenwerking met Koffie Leute, waarbij nieuwe programmering en jong publiek gezocht worden. Koffie Leute is een koffietent bij de bedrijfsverzamelgebouw DRUK, een loods waarin ondernemers van allerlei pluimage werkzaam zijn: van fotograaf tot zeepmakerij en plantenasiel.

Op aanraden van Stephan de Vilder (de Stadsambassade, Alkmaar), heeft Yavanne jonge mensen * 02 om haar heen betrokken bij de programmering van de Denkplaats. Het voordeel is dat je dan niet meer hoeft te hopen dat het aanslaat, daar ben je zeker van. Bovendien creëer je al vanaf de start betrokkenheid, wat kan leiden tot een harde kern van mensen die op de lange termijn mee willen denken, ook als de Denkplaats geïntegreerd wordt in de nieuwe bibliotheek op de Neude. Dit kost wel meer tijd maar het investeren in een netwerk om het programma te ontwikkelen blijft een voorwaarde voor gedeelde activiteit: zonder die aansluiting zal het veel langer duren voordat deelnemers intrinsiek mee gaan denken met jouw idee. Yavanne is aan de slag gegaan en nu, dankzij de subsidie van de Koninklijke Bibliotheek van de innovatieraad * 03 kan de Denkplaats van start.

De eerste Denkplaats , op 30 maart 2017, ging over eerlijke economie - The Common Good oftewel de Gemene Goed Economie - een internationaal netwerk dat streeft naar en inspireert tot een economie die ecologisch, rechtvaardig, democratisch, transparant en coöperatief is. Een economie die niet alleen over geld gaat maar op zoek is naar andere beloningsystemen. Fernando Suarez en Irene Müller gaven hierover presentaties die te vinden zijn op de Kennis Cloud * 04. "Interactie ging als vanzelf," vertelt Yavanne: "werkvormen waren niet nodig, strengere time management wel." De tweede Denkplaats, op 25 april 2017 - Sociaal Geld met Eerlijke Koffie, gaat door op het thema met de vraag hoe geld geen common good is maar hoe het wel kan helpen. Is er bijvoorbeeld een ander soort geld mogelijk, dat tot een eerlijke, effectieve en duurzame samenleving leidt? Zoals STRO (Social Trade Organisation) die een nieuw soort digitaal en lokaal geld ontwikkeld: @nder geld. Twan Luttikhold (STRO) gaat een frisse blik geven op wat geld eigenlijk is, hoe het in ons voordeel maar óók in ons nadeel werkt, en hoe @nder Utrechts geld kan helpen, ook voor ondernemers.

*02

De doelgroepen zijn opgesteld in mosaic (cultuuronderzoek naar demografische, socio-economische kenmerken, levensstijl, cultuur, (koop)gedrag en mentaliteit) als "Goed stadsleven - alle leeftijden en inkomens. Onderverdeling in ‘Binnenstedelijke Singles’: onder de 40, inkomen beneden modaal en ‘Particuliere Stadshuurders’: tussen 25-35, geen kinderen, hoogopgeleid, beneden modaal en Jonge Digitalen: 20 tot 35 jaar, startend, inkomen tot modaal, meestal geen kinderen, veel tijd, ontspannen en intelligent, willen bijdragen leveren aan de maatschappij. Projectplan de Denkplaats. Geraadpleegd op 20 maart 2017.


*03

Ook in 2016 heeft de KB €100.000,- beschikbaar gesteld voor innovatieve projecten van openbare bibliotheken. De gelden zijn bedoeld om de innovatie bij openbare bibliotheken te bevorderen en te versterken. 'Innovatiegelden KB toegekend aan tien projecten.' Geraadpleegd op 16 maart 2017 van https://www.kb.nl/ob/nieuws/2016/innovatiegelden-kb-toegekend-aan-tien-projecten


*04

De presentaties van Fernando Suarez en Irene Müller zijn beschikbaar op de Kennis Cloud. Geraadpleegd op 20 maart 2017 van https://kenniscloud.nl/file/view/42107/presentatie-economy-for-the-common-good-irene-muller. Meer informatie over de Kennis Cloud zelf, geraadpleegd op 20 maart 2017: https://kenniscloud.nl/terms

Als je niet minstens één persoon kan vinden die zo enthousiast is over je plan dat hij mee wil doen zonder betaald te krijgen, dan is het gewoon geen goed idee. - Pieternel Thijssen.

Los van de inhoud, is het duidelijk dat Yavanne, met haar voelsprieten in de stad, de meest gunstige voorwaarden heeft geschapen voor een optimale gedeelde activiteit met leden: samen met het netwerk wat ze nu om haar heen heeft (afbeelding) moet de Denkplaats een (verplaatsbare) plek worden waar diepgang en inhoudelijke kennis gekoppeld worden aan een praktische vraag of een idee dat schreeuwt om uitwerking. Vooral dit laatste leidt de gedeelde activiteit naar kenniscreatie: wie gaat er wat mee doen? Een simpele vraag maar wel één die motiveert om verder te gaan. Nieuwsgierig naar de volgende stap? Er volgt een blog post over de tweede Denkplaats op 25 april, plus de evaluatie van de pilot.

Yavanne's netwerk om de Denkplaats heen. (tekening van Yavanne van Tiggelen)

Den Bosch

Ook Ruud Geven wil tijdens de debatten en workshops van RUW ruimte scheppen voor de vraag: wat gaan wij hieraan doen? Het podium RUW van de Bibliotheek van Den Bosch dat in 2016 is gestart, zet landelijke thema's die relevant zijn voor de stad op de agenda en gaat in gesprek over de toekomst. Voordat Ruud bij de Bibliotheek van Den Bosch kwam te werken, organiseerde hij Tegenlicht-meet ups in een kleine kapel in Den Bosch. Tegenlicht Meet ups zijn lokale debatten die naar aanleiding van de afleveringen van Tegenlicht gehouden worden, begonnen op initiatief van Pakhuis de Zwijger in samenwerking met de VPRO. Ook was het initiatief BROED actief in de kapel, een lokaal innovatienetwerk dat ‘social startups’, maatschappelijke organisaties en innovatie-experts met elkaar verbindt. Er kwamen niet alleen jonge mensen op de Tegenlicht meet ups af, maar ook ouderen en mensen die een netwerk vertegenwoordigen in de stad. "Elke stad heeft zijn eigen infrastructuur van mensen die met bepaalde onderwerpen bezig zijn." vertelt Ruud, "ik leerde deze netwerken van professionals, semi-professionals en vrijwilligers kennen en zag dat er behoefte was aan meer onderlinge debat tussen stakeholders en burgers over zaken die in de stad speelden." Zo ontstond het idee om een nieuwe serie debatten te organiseren - voor en door de stad.

Ecoloog en filmer, John Dennis Liu, expert in het opwaarderen van gedegradeerde ecosystemen, onderdeel van een Tegenlicht aflevering in 2012. Nu in 2016 bij RUW, dankzij een klimaatproject in Den Bosch. 180 bezoekers.
Nu bleek de kapel onder beheer te zijn van de Bibliotheek van Den Bosch. Tijdens de voorgenomen verhuizing van de bibliotheek, zou de kapel in de tussentijd een pop-up-functie kunnen innemen. Maar een echte invulling van de pop-up functie was er nog niet, daarom werd een oproep op de website geplaatst voor lokale initiatieven. Zo ging Ruud als zzp-er met zijn plan voor meer publiek debat naar de bibliotheek. Toen hij eenmaal in gesprek was geraakt, is Ruud, nu in dienst bij de bibliotheek, gevraagd om een serie debatten te organiseren. In het opzetten van het podium RUW zijn de volgende uitgangspunten van belang:

  1. Eigen programmering

    Alles wat geprogrammeerd wordt, komt voort uit het zelf agenderen van relevante maatschappelijke thema's. Soms gaat het over iets wat in de stad speelt. In het geval van RUW zullen het vaker landelijke thema's zijn, om een meer wereldse perspectief mee te nemen in het debat. Het begrip agenderen komt voort uit de journalistiek, toch ziet Ruud zichzelf niet als journalist, als het gaat om het bepalen van thema's of onderwerpen. Lokaal geworteld, dient het debat een concreet en toegespitst doel dat de programmamaker wil bereiken met de keuze voor het onderwerp.

  2. Actieve facilitering van initiatieven

    Het podium faciliteert burgerinitiatieven die de blik op de toekomst richten. Het is hierbij uitdrukkelijk de bedoeling gezamenlijk op zoek te gaan naar een invulling van bijeenkomsten. RUW denkt mee over hoe het onderwerp van elk initiatief het beste kan worden geagendeerd, met workshops, debatten of ontmoetingen. Op het moment dat partijen terughoudend worden in de inhoudelijke samenwerking, daalt de organisatiekracht.

  3. Actie

    Het nieuwe idealisme is volgens Ruud praktisch van aard en daar gaat RUW in mee. Niet alleen intellectueel uitdagen en relevante netwerken met elkaar in gesprek krijgen, nee, actie wil de burger zien. Aan het eind van elk debat, worden altijd de vragen gesteld: wie gaat ermee aan de slag? En hoe? Zo zoekt Ruud naar een concrete spin-off na elke bijeenkomst, wat weer kenniscreatie in de hand werkt.

Bijeenkomst over onderwijsinnovatie bij RUW, 12 April, 2017 met Ruud Geven links in beeld.

De indruk wekken dat een meet up, bijeenkomst of workshop, NIET vanuit een instituut wordt georganiseerd is alles bepalend voor het aantrekken van jong publiek. "De stad is niet af" zegt Ruud. "Wat je als programmamaker denkt dat de stad nodig heeft en wat mensen aangeven dat ze nodig hebben, daartussen laveer ik. Er is een progressieve groep in de stad die vooral naar de toekomst kijkt, maar de handen niet samen krijgt." Jonge mensen bereiken, zoals de hogeschoolstudenten die niet in de stad wonen maar er wel studeren, blijft onderliggend een belangrijk doel van het podium. Het is niet de vraag of RUW geïntegreerd gaat worden in de bibliotheek maar hoe. Is de plek wel verplaatsbaar voor het publiek die er nu komt? Uiteindelijk wel, al blijkt dit een subtiel proces.

Volgens Ruud, werkt de bibliotheek van oudsher volgens een bepaalde traditie in het programmeren: alle kanten van een maatschappelijk onderwerp worden belicht vanuit een neutrale houding. De Bibliotheek van den Bosch is bezig om andere manieren van programmeren te introduceren. Daarnaast is er collectiebudget vrijgemaakt om naar aanleiding van alle programmering speciale items in de collectie op te nemen. Hier zijn collectioneurs bij betrokken die aan de hand van thema dossiers, de verbinding maken met programma's van de bibliotheek. Eventueel aangevuld met video materiaal, foto's en blog posts van de debatten of met gebruik van de Kennis Cloud die nog in ontwikkeling is. Zo wordt kenniscreatie concreter.
Tot slot, RUW is niet gestart vanuit het idee om community's aan te jagen. Door zowel te agenderen als initiatieven en actie te faciliteren, is het ontstaan van community's wel het gevolg. Bij een bijeenkomst rondom onderwijsinnovatie op 12 april 2017, waren bijvoorbeeld alle bestuurders in het onderwijs van Den Bosch uitgenodigd om te luisteren naar pitches van 9 initiatieven voor onderwijsinnovatie. Samen met de wethouder onderwijs zette RUW het bespreekbaar maken van onderwijsinnovatie in Den Bosch op de agenda, waarbij alle stakeholders aanwezig waren in een gesprek over de kwaliteit van onderwijs innovatie. Al is het nog te vroeg om aan te geven wat voor concrete actie uit deze bijeenkomst nu gaat komen, dat deze gedeelde activiteit een positieve beweging is, staat vast. Alleen al gezamenlijk praten over wat 'onderwijsinnovatie' lokaal betekent, levert een nadere begripsbepaling op waar alle aanwezigen zich in kunnen vinden. Bekijk hier een impressie van het Bossche OnderwijsInnovatieLab.
WORKING TOGETHER EFFECTIVELY -DRAAGVLAK GENEREREN
  1. Als je gaat samenwerken, hebben alle partners inspraak in de te ontwikkelen activiteiten.
  2. Voorafgaand aan alles dat concreet plaatsvindt, heb je een groep van deelnemers nodig om ideeën in te brengen en te polsen over de activiteiten die je gaat organiseren.
  3. De plek heeft veel invloed op de aantrekkingskracht van een bijeenkomst voor het publiek, zeker als het voor het eerst is. Afwisselend binnen en buiten de bibliotheek trekt andere mensen aan.
  4. Al na de eerste bijeenkomst, is het belangrijk om direct te evalueren, dit om onmisbare informatie te verzamelen over de motivatie van deelnemers.
Kenniscreatie
knowledge
creation

Volgens David Lankes zijn er vier aandachtsgebieden om kenniscreatie te faciliteren in de community's van een gemeenschap:

  1. Toegankelijkheid kun je vertalen naar: mensen tot het gesprek brengen.
  2. Kennis - wat je over een onderwerp moet weten om een goede conversatie te voeren. Het samenbrengen van de juiste expertise, of dit nu een spreker, film of verhaaladvies is.
  3. Omgeving: een veilige omgeving creëren zodat mensen willen deelnemen aan het gesprek.
  4. Motivatie: de juiste aanmoediging vinden zodat deelnemers actief mee gaan doen.

De gesprekken binnen de community’s zijn leidend om tot concrete facilitering te komen vanuit de bibliotheek. Tip! De Mapping Conversations Tool van David Lankes is een effectieve werkvorm om de focus allereerst naar de kwaliteit van het gesprek te brengen die jij als bibliothecaris mogelijk wil maken. Naar de tool

De praktijk: Veghel en Maas & Peel met Meike Boertjes en Mateusz Domagalski

Veghel

Het programma 'Digisterker: werken met de elektronische overheid' is bedoeld voor mensen die willen leren hoe ze via internet gebruik kunnen maken van alle diensten van de overheid. De cursus wordt landelijk aangeboden en in de praktijk komen er vooral senioren op af. Voor Meike die de cursus heeft gegeven, was de groep voor de duur van de cursus een community: er ontstond contact tussen de deelnemers onderling, er was een gedeelde interesse en Meike werd ook na afloop steeds aangesproken over de cursus. Ze kreeg veel feedback over de cursus en de structuur van Digisterker, met certificaat en een fotomomentje aan het eind, bleek een recept voor succes.

Een cursus is voor deelnemers een eerste opstap om vaker en rond andere activiteiten naar de bibliotheek te komen. Dankzij de nieuwsbrief, de app en website van de bibliotheek maar met name door de toename in Facebookpagina's, wordt de cursist sneller geattendeerd op wat er nu aan activiteiten zijn. Naast de Facebookpagina van de bibliotheek, hebben community's, eventueel met cursusaanbod, vaak een eigen Facebookpagina en als je een facebookpagina eenmaal hebt ge-liked, komen de posts van deze pagina, in ieder geval in het begin, regelmatig terug in je tijdlijn. Onderling contact tussen cursisten op Facebook helpt ook.

Slim inhaken op wat leden willen bij bestaande cursussen biedt mogelijkheden voor de programmering. Hoewel de cursus Digisterker primair gericht is op het kunnen gebruiken van online diensten van de overheid, was er genoeg speelruimte voor Meike om iets van de actualiteit en de collectie erbij te betrekken, zoals bijvoorbeeld het boek Je hebt wel iets te verbergen van Maurits Martijn en Dimitri Tokmetzis over online privacy. Door een nieuwsgierig makende mix van praktische en inhoudelijke input aan te bieden tijdens een cursus, luistert de community librarian nauwkeurig naar alle reacties en weet ze de deelnemers gericht te attenderen op specifieke activiteiten en lokale community's die aansluiten op persoonlijke interesse. Ze is spin-in-het-web, net als Mateusz in Peel & Maas. Beide bibliothecarissen ontwikkelen de vier aandachtspunten van het faciliteren: toegang, kennis, omgeving en motivatie, om concrete kenniscreatie bij hun leden mogelijk te maken.

Meike was bijvoorbeeld gids bij een groep mantelzorgers - de community Op Verhaal Komen - en bij een groep werkzoekenden - Werk & Inspiratie. Bij de groep mantelzorgers was het doel om onder elkaar letterlijk op verhaal te komen door lees-, kijk- en luistertips te combineren met praktische tips en adviezen. Ook was er iemand aanwezig van Ons Welzijn, welzijnsorganisatie van Noord Oost Brabant, als ervaringsdeskundige en professional betrokken bij de mantelzorgers.

Na de eerste bijeenkomst vroeg Meike zich wat beduusd af: "waar ben ik aan begonnen?" De deelnemers bleken het zwaar te hebben, ze waren zo met de zorgvrager bezig dat ze geen ruimte of tijd meer voor zichzelf hadden, iets wat doorwerkte in de groepsdynamiek. Doordat Meike jong en zonder ervaring met mantelzorg deelnam aan de community, was haar rol nog niet concreet. Door goed te luisteren naar de groep werd het haar duidelijk dat de zwaarte vooral te maken had met de focus op taakgerichtheid van de deelnemers. In beslag genomen door deze zorgtaak, was hun perceptie vernauwd geraakt. Meike plaatste er iets tegenover en zocht verhalen in de collectie die juist het blikveld openden: zoals Dorst van Esther Gerritsen of Marie Heurtin, een prachtige film over zorg en verantwoordelijkheid. Ook Ik ben niet kwijt van Sjef van Bommel, Een weeffout in onze sterren van John Green en Happy, een documentaire over geluk wereldwijd, zijn aan bod gekomen.

Met haar didactische achtergrond zette Meike geregeld werkvormen in die interactie in de groep aanmoedigden. Ze deed dit door een vraag te stellen en mensen even in rust te laten nadenken, het antwoord te laten opschrijven en dat dan als uitgangspunt voor het gesprek te nemen. Bijvoorbeeld: welk verhaal symboliseert voor jou 'empathie'? Dat kon een persoonlijk verhaal zijn, of een boek of een film. Een stuk voorlezen, bijvoorbeeld een gedicht, column of iets uit een mooi kinderboek of een woordweb maken rond een bepaald thema, werkte ook goed. Of kaartjes met diverse afbeeldingen op tafel leggen en mensen daar iets uit laten kiezen dat ze bij het thema vinden passen, en dat uitleggen aan de groep. Door mensen hierbij ook door de collectie te laten zoeken naar een boek, kaft, titel, etc. werd de opdracht actiever. Soms werkte ze met een spel en voor Werk en Inspiratie waarbij deelnemers actiever waren, zette ze talentkaarten in. De ene deelnemer ging weg met drie boeken om te lezen, de ander deelde zijn ervaring aan de hand van een kinderboek, weer een ander kon direct een verbinding maken met een meer praktische handboek en haar situatie als mantelzorge. Dit alles, ook de resultaten uit de werkvormen tijdens de bijeenkomsten, valt onder de brede noemer van kenniscreatie.

KennisMaker Esperanzo

KennisMaker Lichaamstaal

KennisMaker Schrijven in Veghel

Het KennisMakers-project wil in een notendop de expertise van leden zichtbaar opnemen in zowel de programmering als de collectie van de Noord Oost Brabantse bibliotheken. Meike is vanaf het begin hierbij betrokken geweest en werkt als projectleider van de KennisMakers. In 2013 is er een oproep gedaan aan het publiek om zich aan te melden als KennisMaker: "Heb je een jarenlange passie en specifieke kennis en wil je die met anderen delen, meld je dan aan!" Voorwaarde is dat het echt om specifieke kennis gaat: dit kan de cultuur in een bepaalde Franse regio zijn of het leren van Esperanto, maar het kan ook over de organisatie van een festival gaan. Er mogen verder geen commerciële doelen nagestreefd worden (kaartjes uitwisselen kan altijd) en meestal is het opgezet als eenmalige presentatie of workshop. Sinds twee jaar zijn er ook ambities om deze KennisMakers digitaal op te nemen in de (landelijke) collectie. Ondertussen zijn er zo'n 60 KennisMakers actief binnen de Noord Oost Brabantse bibliotheken en zijn er ook andere bibliotheken aangehaakt (zoals Nijkerk en Ede) waarmee het aantal KennisMakers is opgelopen naar rond de 200.

Belangrijker nog dan de hoeveelheid, wie zijn deze KennisMakers? Een aantal voorbeelden:

  • Quinten Weeterings, historicus, jong en gek van geschiedenis en filosofie. Hij heeft nu twee keer een avond georganiseerd. Zijn tweede avond ging over futurisme. Hij had daarvoor op eigen initiatief een bevriende filosoof uitgenodigd, die weer een 'coreferaat' gaf op de lezing van Quinten.

  • Milan Hendriks (transgender), die zijn persoonlijke verhaal over genderdiversiteit heeft verteld in Bibliotheek Bernheze.

  • Ton Cruijsen en Gerard Faassen hebben op 4 april 2017 in Bibliotheek Schaijk samen de lezing 'Ierland, groen, vriendelijk en met veel historie' gegeven. De één vertelde een verhaal over de cultuur en natuur van Ierland. Daarna vulde de ander dit aan met zijn reisverslag met drone-filmbeelden.

  • Margherita Merone is vorig jaar gestart met een leesclub Italiaans en gespreksleidster van dit nieuwe initiatief. Zij is geboren en getogen in Italië, woont nu in Den Bosch en geeft Italiaanse les aan het Dante Instituut in Eindhoven en bij 'Verba Italica’, haar eigen cursuscentrum. Het spits wordt afgebeten met (Fragmenten) uit het boek ‘’In altre parole’’ van Jhumpa Lahiri en de voertaal is Italiaans tijdens deze leesclub-bijeenkomsten.

Het KennisMakers-project onderstreept dat kennis niet uit ‘materialen’ komt maar door mensen in gesprek met elkaar wordt gemaakt. De meerwaarde moet zich lokaal uitwijzen, maar tegelijkertijd wordt op metaniveau een bijzonder netwerk van kennis gecreëerd. Een community is het (nog) niet: er is geen sprake van een gedeelde activiteit en gedeeld eigenaarschap, zelfs al is er wel sprake van kenniscreatie. Maar op lange termijn biedt een netwerk als de KennisMakers veel potentie voor gedeelde activiteit in de bibliotheek: de specifieke kennis van een KennisMaker kan een lokale community inspireren en voeden. De KennisMaker reikt de expertise aan die een community nodig heeft om lokaal het gesprek beter te voeren. En dit kan de community librarian weer faciliteren.

LONG TERM COOPERATION - VERANTWOORDELIJKHEID LOSLATEN

  1. Als het goed is, is naar aanleiding van de gedeelde activiteiten een harde kern van deelnemers ontstaan die bij willen dragen en door willen gaan met concrete actie in hun gemeenschap. Die harde kern zal zelf verantwoordelijkheid moeten nemen voor alle communicatie en output van hun community. Een verdeling van de rollen kan helpen.
  2. De community librarian trekt de kar niet meer maar is sparringpartner om tot concrete vervolgstappen te komen.
  3. Zowel de community als de bibliotheek voeden elkaar door de samenwerking.
  4. Als er geen inhoudelijke uitwisseling is in dit stadium (kenniscreatie!) heeft het weinig zin verder te gaan.

Maas & Peel

Aanbieden van een kunstwerk van de Baarlose kunstenares Giotta Tajiri aan de burgemeester van Wolsztyn.
De bibliotheek is niet meer wat het was. De kinderen hoeven toch niet meer op hun teentjes te lopen? Om een boek te krijgen die eruitziet alsof het de Tweede Wereldoorlog heeft meegemaakt? - Mateusz Domagalski

Lokaal ondersteunt Bibliotheek Maas & Peel al jaren de Poolse arbeidsmigranten die in deze gemeente komen werken en wonen. Niet alleen dat, sinds de jaren tachtig is er een jumelage met het stadje Wolsztyn, in de provincie Wielkopolska. Ook zijn er banden met de Universiteit van Lublin en met de Nationale Bibliotheek van Polen in Warschau. Deze vriendschappelijke betrekkingen tussen de twee gemeentes zijn nog steeds actief en komen de integratie ten goede.

In opdracht van de gemeente is de Bibliotheek van Maas en Peel vanaf 2011 aan de slag gegaan met de Poolse community van de gemeenschap. Directeur Vincent Freriks, laat een enorme betrokkenheid zien. Bibliotheek Maasbree helpt de Poolse arbeidsmigranten verder met hun vragen: o.a. met een Pools spreekuur dat elke maandag door twee Poolse dames wordt gehouden. Dit spreekuur is ooit begonnen als een vraag van een Poolse vrouw over een bijsluiter in het Nederlands. Toen is haar vraag beantwoord door een Poolse vrouw die bij de Lidl werkte; maar al gauw werd het duidelijk dat er in de gemeenschap van Peel en Maas veel meer behoefte was aan vertaal- en bureaucratie-ondersteuning. Er komen namelijk veel seizoenswerkers af op de dorpen van Peel en Maas, met name Polen die voor drie à vier maanden hier komen werken * 01.

*01

In gemeente Peel en Maas is de Poolse gemeenschap veruit de grootste groep allochtonen - meer dan 28 procent van de niet in Nederland geboren inwoners van de gemeente komt uit Polen. Dat blijkt uit de multicultikaart die het Twentse dagblad Tubantia onlangs bekendmaakte. De krant kreeg de informatie van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), dat op zijn beurt weer gebruikmaakte van de Gemeentelijke basisadministratie (GBA). Geraadpleegd op 23 maart 2017 van http://www.hallopeelenmaas.nl/Polen-veruit-grootste-allochtone-groep-20161124124.

In de zomermaanden transformeert een dorp als Maasbree, in een Nederlands-Poolse gemeenschap, wat ook voor onbegrip, spanningen en vooroordelen kan zorgen. Vanuit die behoefte in de gemeenschap is dit informatiepunt ontstaan. Mateusz is als bibliothecaris het centrale aanspreekpunt.

Hij zet zoveel mogelijk alle facetten van het faciliteren in - toegang, kennis, omgeving en motivatie - om de diensten rond het informatiepunt te verbeteren. Hij vertelt dat Polen over het algemeen overheidsinstanties niet snel vertrouwen, terwijl bij de gemeente wel de noodzakelijke paperassen vereist zijn. De bibliotheek is traditioneel wel een organisatie die vertrouwd wordt door Polen. Naast de vertaalservice en hulp met formulieren, wordt ook hulp bij arbeidsconflicten geboden waarbij vrijwilligers getraind werden in het herkennen van mensenhandel en uitbuiting. Ook wordt er Nederlands les gegeven in de bibliotheek. Mateusz, sinds zijn twaalfde in Nederland, kan dankzij het ontbreken van de taalbarrière, de mensen op weg helpen. Hij is docent Nederlands bij de bibliotheek maar ook community librarian. Hij vertelt dat de vertrouwensband (social compact) zelfs zo goed is dat hij vertrouwenspersoon wordt, iets wat hem soms zwaar valt.

Bibliotheek Maas en Peel wil ook iets doen aan de negatieve beeldvorming over Poolse arbeidsmigranten. De bibliotheek organiseert daarom ook tentoonstellingen en lezingen om vooroordelen over arbeidsmigranten weg te nemen en de plaatselijke bevolking kennis te laten maken met de Poolse cultuur en geschiedenis. Daarnaast zijn Poolse boeken al jaren deel van de collectie en worden er cursussen georganiseerd: op zaterdagmiddag bijvoorbeeld kunnen kinderen die al langer in Nederland wonen Pools leren. Medio 2016 is (in samenwerking met Cubiss) een pilot gestart met als doel om zowel Nederlandse als Poolse inwoners van de regio Peel en Maas kennis te laten maken met de achtergrond van hun buren, kennissen en mede-inwoners. Het levensverhaal van vijf Poolse vrouwen is middels een interview door vrijwilliger Joanna Gralak in het Pools beschreven en daarna vertaald in het Nederlands. Er is een wordpress website gemaakt met foto's en extra achtergrondinformatie over Polen. Hiervoor werden diverse informatiebronnen ingezet, zoals de eigen Poolse collectie en diverse internetbronnen met informatie over Polen, de Staat van Beleg en de toetreding tot de EU. Tot slot is er ook een tentoonstelling georganiseerd waarbij de vijf levensverhalen gepresenteerd werden met daarbij materialen uit de Poolse collectie van de bibliotheek. In dit laatste begint het faciliteren van kenniscreatie voor de community ook gedeeld eigenaarschap te worden. Al deze activiteiten rondom het Poolse Arbeidsimmigranten netwerk van Peel & Maas, met soms hele concrete en noodzakelijke behoeftes en diensten, soms vooral inspiratie en verdieping, draaien om de as van dit informatiepunt waarvan Mateusz met trots community librarian is.

Shared ownership
shared
ownership

De kennis die voortkomt uit gedeelde activiteiten is ook gedeeld: het komt niet toe aan individuele deelnemers, niet aan de bibliotheek maar aan de gemeenschap als geheel. Dit betekent dat je als bibliothecaris een deel van je verantwoordelijkheid voor het resultaat moet los laten zodat leden van een community die verantwoordelijkheden zelf oppakken, bijvoorbeeld rondom onderlinge communicatie, afspraken en resultaten.

De praktijk: Alkmaar met Stephan de Vilder en Ema Najetovic

Hoe gaat dat loslaten in zijn werk? Stephan de Vilder, bijgestaan door Ema Najetovic, allebei werkzaam voor de Bibliotheek van Kennemerwaard, vertellen over de Stadsambassade Alkmaar waarbij de co-creatieve waarde van de bibliotheek vorm krijgt, dankzij de community librarian.
In 2015 is Duurzaam Doen Alkmaar gestart, een serie bijeenkomsten met een programmateam van Alkmaarders en ondernemers over inspirerende maar ook praktische zaken rondom duurzaamheid. Van kick-off tot kick-out is er gepraat en kennis gebundeld over o.a. grip krijgen op je energierekening, ideeën voor nieuwe woonvormen, hoe om te gaan met afval, stadstuinen en streekproducten. Tijdens de break-out sessies werden concrete hulpvragen besproken om de groep actief aan het werk te krijgen. Samen met Huub Purmer zet Stephan de Vilder dit soort werkvormen en interventies in om de daadkracht van een groep te versterken. Dit om er echt een community van te maken, al kun je dit nooit forceren. Het netwerk van Duurzaam Doen Alkmaar, ook wel gekscherend de Greenies genaamd, is nog steeds actief. Een succesvolle start van een community en voorloper van de Stadsambassade Alkmaar. Jonge ondernemende mensen deden echter niet mee. Stephan zocht aansluiting bij een breder netwerk, waarin ook sociale thema's een rol spelen, bijvoorbeeld rond vluchtelingen of mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt: 'sociale duurzaamheid'. Ook werden er diverse locaties bij betrokken zoals Hal25, Koel310, de Gasfabriek en de Kaasfabriek. Zo is in 2016 de Stadsambassade Alkmaar gestart: hierbij staat het zichtbaar maken, verbinden en stimuleren van stedelijke initiatieven die bijdragen aan een meer duurzame, zelfvoorzienende en sociale stad centraal. In het project wordt aangehaakt op het landelijk netwerk van Steden-In-Transitie van Pakhuis de Zwijger, wat ook als platform dient voor alle online artikelen vanuit Stadsambassade Alkmaar. Dit laatste blijkt een belangrijk ingrediënt voor het faciliteren van kenniscreatie binnen de community van Stadsambassade Alkmaar: op het moment dat een community verantwoordelijkheid neemt voor het schrijven van online artikelen en de verslaglegging van bijeenkomsten, is de kans op gedeeld eigenaarschap aanzienlijk vergroot. Wat het werk van de community librarian een stuk makkelijker maakt.
Een kernteam van ‘stadmakers' - inwoners en ondernemers die iets willen betekenen voor hun stad - is aan de slag gegaan om diverse activiteiten rondom 5 duurzame en sociale thema’s te organiseren. Dankzij de gebundelde netwerkkrachten van deze stadmakers waren er op de kick-off op 10 maart 2016 zo'n 110 mensen aanwezig. De Creatieve Universiteit Alkmaar maakte ook deel uit van deze programmering, getrokken door Stephan de Vilder, Ema Najetovic en Huub Purmer.

Huub Purmer (links) en Stephan de Vilder (rechts).
De Creatieve Universiteit is geen gebouw maar een gedachte, vormgegeven door sprekers. Iedere paar maanden kwam de Creatieve Universiteit samen op bijzondere en inspirerende locaties. Maatschappelijk betrokken en creatieve ondernemers deden mee door over een concrete vraag mee te denken vanuit die plek en er tegelijkertijd meer over te weten te komen. In december van 2016, bijvoorbeeld, heeft de Creatieve Universiteit een moskee bezocht om mee te denken over de programmering van activiteiten voor jongeren in de moskee. De imam heeft ook het een en ander verteld over de Islam en het reilen en zeilen van de praktijk in de moskee. Aan de hand van co-creatieve technieken, denken deelnemers actief mee, iets dat Ema van Stephan leerde.
De Creatieve Universiteit op bezoek in een moskee van Alkmaar.
Toch moest de bibliotheek er echt aan trekken en moesten er mensen ingehuurd worden om de programmering van de grond te krijgen. Dit terwijl het de bedoeling was dat het kernteam van initiatiefnemers en aanhang dit zou gaan doen. Het kernteam voelde zich blijkbaar nog geen eigenaar van het programma. Dit kan liggen aan het feit dat er vanuit subsidie een programmeringsbudget vrijgemaakt is: hierdoor wordt de bibliotheek toch als opdrachtgever gezien, concludeerde Stephan. Achter subsidies zit tijdsdruk om resultaten te laten zien, wat een sturende rol impliceert vanuit de bibliothecaris. Dat terwijl de programmering juist vanuit het kernteam moest komen. Daarbij vertegenwoordigden de teamleden van de Stadsambassade geen podia: zij hadden dus geen zichtbare verantwoordelijkheid. Naast extrinsieke motivatie*, blijft het belangrijk aandacht te besteden aan de intrinsieke motivatie van deelnemers. Dit blijven polsen, met co-creatieve werkvormen maar ook krachtige interventies durven doen, is cruciaal, wil je de productiviteit van een groep vergroten. Het is een organisch proces waarbij de soms sturende, soms faciliterende rollen van de community librarian door elkaar heen lopen. Achteraf kunnen deze rollen wel onderscheiden worden, zoals te zien in deze gedetailleerde factsheet Duurzaam Doen Alkmaar / Stadsambassade Alkmaar, opgesteld door Stephan de Vilder.
* Extrinsic motivation – Extrinsieke motivatie

Iets doen om daar een ander doel mee te bereiken, of omdat iemand het van je vraagt

Nu is vanuit de brede programmering van de Stadsambassade en de doorgaande lijn van de Creatieve Universiteit, weer iets nieuws ontstaan. Iets wat volgens Stephan de Stadsambassade brengt waar hij hoopte dat die zou komen. Naast Ema zijn er namelijk vier andere jonge vrouwen op de Stadsambassade afgestapt: Natasha, politiek geëngageerd, tegen vlees eten en tekstschrijver. Laura, op zoek naar duurzame oplossingen in huis en tekstschrijver voor tekstvoormorgen.nl. Nanda, activistisch, tegen plastic, werkzaam voor el Kombi SUP - Stand Up & Paddle boards voor sport en recreatie, met een eigen initiatief 'Sup it up' waarmee zij met een groep op SUPboards plastic is gaan vissen uit de grachten van Alkmaar. Tot slot, Kristel, hartstochtelijk volkstuinier die verspilling van voedsel tegen wil gaan met haar Big Taste No Waste, Ketchup gemaakt van 100% geredde tomaten.
Wat willen deze green ladies samen met Ema bijdragen aan de Stadsambassade? Alkmaar duurzaam en sociaal maken, met als subdoel: door kennisdeling bewustwording creëren en een positieve gedragsverandering bewerkstelligen. Hoe? Als redactieteam van de Stadsambassade gaan zij een mix van online en offline activiteiten organiseren: teksten schrijven, online publiceren en guerilla printing (folders & pamfletten verspreiden), bewustwordingscampagnes en acties, meet ups, lezingen en workshops organiseren. Concreet betekent dit bijvoorbeeld op een Groene Markt staan en via het platform van steden in transitie weer actief teksten publiceren: bijvoorbeeld over de documentaire Cowspiracy die de impact op het milieu van het vlees eten heel duidelijk maakt. Ook starten deze dames dit jaar met elkaar een No-Impact groep waarbij elke deelnemer een footprint challenge kiest voor een duurzamere levensstijl. Ema gaat bijvoorbeeld een maand geen plastic kopen. Dit soort 'footprint challenges' staan centraal in een community waar mensen kunnen aanhaken en waar eventueel projecten uit kunnen komen. Het is duidelijk dat dit redactieteam van de Stadsambassade Alkmaar nu zelf eigenaar is. Stephan stuurt niet aan (wuift zelfs zijn handen op de vraag of hij mee doet, "nee nee ik heb al een heleboel no-impact challenges gedaan.") Het team neemt zelf verantwoordelijkheid voor alle kenniscreatie, wat weer vastgelegd wordt in allerlei kennisproducten - artikelen online, pamfletten, online tijdschriften etc. - die naar aanleiding van de activiteiten geschreven gaan worden. De community is niet van de bibliotheek, maar van de stad en de stadmakers, en dat is precies waar Stephan als community librarian enthousiast van wordt. Vanuit dit uitgangspunt, met een redactieteam dat zichtbaarheid geeft aan alle activiteiten en kenniscreatie van de community, kunnen concrete projecten ontstaan. En hier kan de bibliotheek weer wat betekenen voor deze community. Zo is de cirkel rond.
COMMUNITY FEEDBACK - LUISTEREN - LUISTEREN - LUISTEREN.
  1. Het is belangrijk ruimte voor evaluatie te creëren waarbij er aandacht is voor het gehele proces.
  2. Zelfs al lijkt een community niet actief meer, is het essentieel de draad op te pakken. Aan de hand van co-creatie technieken, kunnen do's and don'ts besproken worden, nieuwe mogelijkheden verkend worden en de motivatie bij deelnemers gepolst worden. Wat weer voor een onverwachte wending kan zorgen bij een volgende cyclus van activiteiten.
Colofon

Deze longread is uitgebracht door Bieb Lab Brabant, een project van Cubiss dat wordt uitgevoerd in opdracht van de provincie Noord-Brabant.

Tilburg, 2017

Tekst: Nadia Palliser, Frank Huysmans

Redactie: Marieke Hezemans , Marjo Frenk, Goswin Könings

Ontwerp en realisatie: Schwung

Fotografie: Nadia Palliser, Ministerie van Verbeelding, Jan van Kampenhout

Wat de afbeeldingen betreft hebben wij onze uiterste best gedaan om geen inbreuk te plegen op rechten van derden. Niet in alle gevallen is het echter mogelijk geweest om na te gaan of op alle teksten, logo's en/of illustraties nog copyright rust. Diegenen die menen recht te kunnen gelden, worden verzocht om contact op te nemen met de schrijvers van deze longread.

Met dank aan: Marina Polderman (Specialist Bibliotheekvernieuwing, Noord Oost Brabantse Bibliotheken), Hans Derks (oud-directeur/bestuurder Bibliotheek ’s-Hertogenbosch en alle community librarians.

OVER CUBISS

Cubiss adviseert en ondersteunt organisaties, overheden en samenwerkingsinitiatieven die zich bezighouden met vraagstukken rond lezen, leren en informeren. In opdracht van en met steun van de provincie Noord-Brabant wil Cubiss middels het project Bieb Lab Brabant innovatie door de bibliotheken in Noord-Brabant stimuleren en versnellen. Zodat bibliotheken hun rol in de (lokale) samenleving kunnen versterken en (beter) kunnen anticiperen op maatschappelijke ontwikkelingen.

Middels longreads wil Bieb Lab Brabant haar expertise delen en bijdragen danwel richting geven aan beleidsvorming door bibliotheken. Eerder verschenen de longreads ‘Vrijwilliger en beroepskracht samen ‘in the spotlight’’ en ‘De bibliotheek met een toekomst. Een queeste’.

Meer weten of nader van gedachten wisselen? Neem contact op met Marieke Hezemans: m.hezemans@cubiss.nl

De Mapping Conversations Tool van
David Lankes

Deze tool is door David Lankes ontworpen om gesprekken boven water te halen die door groepen en community's in jouw gemeenschap gehouden worden. Gesprekken met een bepaald doel waar de bibliothecaris op zou kunnen inhaken: bijvoorbeeld ouders die speelgoed / kleding door willen geven en weer speelgoed /kleding van andere ouders willen overnemen in de buurt. Mantelzorgers die met een constante tijdsdruk, even stoom willen afblazen. Demente ouderen die over het nieuws willen praten maar moeite hebben het aanbod te structureren. Ook de gesprekken onder collega's komen aan de orde. De bestaande dienstverlening van de bibliotheek wordt in verband gebracht met deze gesprekken om ze te evalueren en de gaten te ontdekken waar de bibliothecaris een rol in zou kunnen nemen.

STAP 1. Noem de belangrijkste subgroepen / community's / belanghebbenden van jouw gemeenschap. Denk aan bijvoorbeeld ouders, forenzen, studenten. Denk in subgroepen, niet doelgroepen. Zet A tot D verticaal links en zet eronder een vijfde groep: bibliothecarissen.

STAP 2. Noem de belangrijke gesprekken die binnen deze groepen gehouden worden, ook tussen collega's. Waar praten deze groepen over? Probeer hierbij ook het doel van deze gesprekken te benoemen. Zonder doel kun je geen gesprek faciliteren. Een community komt bijvoorbeeld samen rond een boek uit de Italiaanse literatuur, het doel is om de taal beter te beheersen.

STAP 3. Geef, waar mogelijk, aan welke patronen of welke regelmatigheden in deze gesprekken aanwezig zijn. Waar er nog geen structuur is, zou je daar als bibliothecaris bij kunnen assisteren, maar het is belangrijk dit pas te doen als de gespreksleden er klaar voor zijn. Bijvoorbeeld: een spreekuur is er elke week, maar een groep van jonge moeders komt maar één keer in de maand bijeen.

STAP 4. Maak een lijst van bestaande dienstverlening (onder de gesprekken van bibliothecarissen) die al van waarde zijn voor de gesprekken die deze groepen plaatsvinden (zie stap 2). Misschien is er ook een dienst die niet aan een gesprek gekoppeld kan worden.

STAP 5. Geef aan welke waarde een bibliothecaris kan toevoegen aan de gesprekken die je bij stap 2 hebt opgeschreven. Niet alleen vanuit jouw perspectief als bibliothecaris maar vanuit het perspectief van de leden van de community. In feite zou je bij deze stap een co-creatie-sessie kunnen organiseren met leden van elke groep om de mogelijke waarde te bespreken. Hoe wordt die waarde gezien, wordt het gebruikt of niet?

STAP 6. Probeer ook aan te geven wat jij als bibliothecaris kunt leren van de gesprekken, oftewel wat de community’s kunnen toevoegen aan jouw kennis.

STAP 7. Breng de diensten, werkwijzen en gereedschappen die je als bibliothecaris aanbiedt in lijn met de gesprekken die voor jouw community‘s het allerbelangrijkst zijn. Want daar ben je het hardst nodig en kun je het meest voor ze betekenen.

×
Community librarian
Jan van Bergen en Henegouwen
Alles is al eerder bedacht. Het is alleen de kunst om er weer aan te denken. - J.W. von Goethe

Jan van Bergen en Henegouwen, bibliothecaris van het jaar in 2013, heeft de afgelopen drie jaar samen met collega’s veel geëxperimenteerd, om de rol van de bibliothecaris in het nieuwe bibliotheekwerk te ontdekken en te ontwikkelen. Daarbij bleek een goede vertrouwensband met het Schiedamse publiek onontbeerlijk. Steeds staat een vraag gesteld door de Schiedammers aan de basis de programmering. Elke vraag wordt kritisch bekeken en we vragen ons af of de bibliotheek medeorganisator wordt of alleen faciliteert (ruimte ter beschikking stelt). 'Wat is de maatschappelijke rol van de bibliotheek vandaag de dag?' is een vraag die overal onder ligt.

Het zoeken naar wijsheid, met de stad, haar inwoners en de collectie is gebleven. Geef Jan een naam, een straat en een vraag en hij komt terug met een wolk aan boekenkennis.

Hij is de enige klassiek geschoold bibliothecaris van de community librarians. Lang geleden schreef hij op de bibliotheekacademie een column voor de schoolkrant met de titel: “De Kapelaan van de informatiesamenleving”. De ironie en allergie die uit deze titel spreekt, is nog altijd niet verdwenen. Jan vraagt zich af of het mogelijk is community's te faciliteren, zonder dat deze community's klassieke eigenschappen van een gemeenschap ontwikkelen? Deze eigenschappen somt Bas Heine op in het boekje Onbehagen: benauwd groepsdenken, nationalisme, aanspraak op vermeende superioriteit van de eigen cultuur, geloof in een unieke lotsbestemming van eigen volk en vaderland (blz 35). Kortom exclusiviteit terwijl de bibliotheek voor inclusiviteit staat, want dat staat voor Jan voorop: de bibliotheek is van iedereen.

×
Community librarian
Juan Khalaf
Liefde is water van het leven - Shams Tabrizi uit Liefde in
Tijden van Angst van Bleri Lleshi
Nieuwkomers helpen hun weg te vinden in hun nieuwe woonplaats is voor Juan als community librarian een thuiswedstrijd. Vijftien jaar geleden kwam hij vanuit Syrië naar Nederland en hij weet dus als geen ander hoe het is om in een vreemd land te komen wonen. Ook weet hij goed hoe het voelt om de taal nog niet te spreken en om de mensen en gewoontes van een cultuur nog niet te kennen. Heimwee naar het land wat je vandaan komt is hem ook niet onbekend. Toch is het zijn overtuiging dat je niet te veel in het verleden moet leven. Toen Juan in Nederland asiel had gekregen, begon hij met vrijwilligerswerk met jongeren en ouderen in Dongen.
Ook werkte hij als vrijwilliger bij het Scheepvaartmuseum in Dordrecht. Via het Centraal orgaan Opvang Asielzoekers werd hij ingeloot als administratief medewerker bij de bibliotheek en liep hij stage bij Cubiss. In 2008 behaalde hij de bibliotheekopleiding. Inmiddels werkt hij alweer tien jaar bij Theek 5 (Oosterhout en omgeving). Jezelf blijven ontwikkelen is een van de krachten van Juan: hij rondde een opleiding projectmanagement af en hij volgt vakken bij de opleiding bedrijfskunde. Een leven lang leren brengt Juan dus in de praktijk. In 2016 werd hij uitgeroepen tot Bibliothecaris van het Jaar, onder meer voor het project met nieuwkomers Nieuw in Nederland.
×
Community librarian
Yavanne van Tiggelen
If we are to live in harmony with ourselves and with nature, we need to be able to communicate freely in a creative movement in which no one permanently holds to or otherwise defends his own ideas - David Bohm
Yavanne van Tiggelen schreef een ideale vacaturetekst voor zichzelf en ging erover in gesprek met deelnemers van de cursus 'How to Find a Job you Love?' aan de School of Life in Amsterdam. Hierdoor vond ze een nieuw werkterrein voor zichzelf als netwerker voor de Centrale Bibliotheek Utrecht. Sinds 2009 is Yavanne werkzaam voor Bibliotheek Utrecht en is ze naast netwerker ook illustrator én filosoof, een nieuwsgierig makende mix van beroepen. ‘Wijsgeer en lettervreter’ is er ook zo één: de wijsgeer weegt de woorden met opperste traagheid af, de lettervreter eet ze gretig op met de handen. Yavanne is als illustrator afgestudeerd aan St Joost Den Bosch en is daarna in deeltijd filosofie gaan studeren aan de Universiteit van Utrecht. Het viel haar toen al op dat het Studium Generale van de universiteit geen praktische filosofie gaf, maar eerder filosofische begrippen versimpelde.
Als publiek kwam je thuis met een paar namen van filosofen die je kunt googlen en een lijst boeken die je kunt lezen. Die zoektocht naar wijsheid, die moest vooral verder gaan in je eentje. Met de Denkplaats wil Yavanne vanuit de bibliotheek bijeenkomsten organiseren waar denken en doen wel samen komt. Dit doet ze nu met een pilot van twee bijeenkomsten in samenwerking met de plek Koffie Leute: al fietsend door haar stad, is Yavanne de plek tegengekomen, een loods waarin kleine ondernemers van allerlei pluimage aan het werk zijn, zoals een fotograaf, zeepmakerij en plantenasiel. Zonder smartphone, stapt zij liever op de fiets dan dat ze op Facebook zit. Haar hart gaat sowieso sneller kloppen van de bijzondere locaties in haar stad: plekken als Roodnoot, een oud boerderijtje, weggestopt tussen de snelwegen. Goede Vrijdag, één van de kleinste koffiehuizen van de stad of das Spectrum, een atelier en expo ruimte met artist-in-residence. Want de plek bepaalt voor haar wel degelijk de aantrekkingskracht voor zowel programmering als publiek.
×
Community librarian
Ruud Geven
Good librarians aren't neutral: they are principled -R. David Lankes, New Librarianship Field Guide
Ruud Geven is programmamaker bij het podium RUW, geïnitieerd door de Bibliotheek van Den Bosch. Hij is geen programmamanager en ook geen bibliothecaris maar, voor nu, bedenker, organisator en presentator van RUW: een podium dat het publieke debat wil aanjagen, stelling wil nemen door te agenderen, en in gesprek te gaan over de toekomst, in Den Bosch. Hiervoor was hij programmamaker bij Debatcentrum Tumult in Utrecht. En daarnaast zelfstandig sociale wetenschapper, met een proefschrift op zak over bedrijfsvisies op de Europese markt. Vanuit zijn hart voor het debat, ontwikkelt hij nu een programma dat eigen is aan Den Bosch, waarin hij ook een stuk van zichzelf zet, vandaar programmamaker en niet manager. "Door een zelf-bewuste visie op jouw stad en de wereld te ontwikkelen, zie je waar de stad naar toe wil en kan je goed luisteren en onderscheiden wat er lokaal gebeurt. Hier kracht aan geven, dit zoveel mogelijk faciliteren door het te laten manifesteren, dat is waar ik mij mee bezig houdt." vertelt Ruud.
Toen hij voor de bibliotheek kwam werken, werd uitdrukkelijk door de directie besloten niet voor de functie bibliothecaris te kiezen: de beeldvorming en connotaties van de term bibliothecaris werken nu eenmaal niet mee met datgene waar Ruud voor aangesteld is: een podium van de grond krijgen voor publiek debat. Toch sluiten de activiteiten van Ruud wel degelijk aan bij het gedachtegoed van David Lankes, vooral vanuit de meer activistische hoek van Lankes' visie op het bibliotheekwerk: zelf als bibliothecaris op pad gaan om je netwerk te ontwikkelen en in co-creatie te programmeren. Inhoudelijk stelling durven nemen, meer engagement en minder neutraliteit organiseren in de bibliotheek. En niet te vergeten, liefde voor je eigen stad.
×
Community librarian
Meike Boertjes
Ik heb het nog nooit gedaan, dus ik denk dat ik het wel kan! - Pippi Langkous.
Met haar opgewekte stem straalt Meike Boertjes een soort gezond optimisme uit. Praktiserend balletliefhebber met een voorkeur voor Italiaans eten, is zij sinds 2013 bibliothecaris en werkt ze met KennisMakers, een netwerk van leden die specifieke expertise lokaal willen delen. Maar eerst, hoe is zij in de bibliotheek terechtgekomen? Aan deze vraag lijkt een soort verbazing ten grondslag te liggen, alsof het gek is om bij de bibliotheek te werken. Ondertussen begint het te wemelen van de hipsters, greenies en culturele ondernemers in (een paar van) de nieuwe bibliotheken van vandaag. Toch is het gedateerde imago van de bibliotheek springlevend, merkt Meike op. Als ze bij een feestje verteld dat ze er werkt (en nog niet eens dat ze bibliothecaris is) is er altijd die eerste reactie: "maar dat zijn toch stoffige plekken met boeken?" Ja ja, dat zijn ze! En nog veel meer. Spelen met die beeldvorming lijkt haar beter dan ertegen in gaan. Na Algemene Cultuurwetenschappen gestudeerd te hebben in Nijmegen, is zij de opleiding voor Docent CKV / Kunstgeschiedenis gaan volgen. Vol goede moed zocht zij hierna een baan in het onderwijs, maar de vacatures voor docent CKV bleken klein van omvang of bleven onbereikbaar. Door haar theoretische achtergrond werd ze afgewezen terwijl praktiserende docenten de voorkeur kregen. Tijdens haar zoektocht tipte een vriendin haar dat ze een medewerker zochten bij de Noord Oost Brabantse Bibliotheken.
De vacaturetekst was nog niet gemaakt en Meike was nog niet helemaal overtuigd. Wat zou ze in de bibliotheek kunnen doen? Na een gesprek met Gio van Creij en Mari Nelissen, directeur en voorzitter van het bestuur van de Noord Oost Brabantse Bibliotheken, gaf ze het een kans. Ze ging twee weken stagelopen en werd op sleeptouw genomen. Ze leerde mensen kennen, voerde allerlei gesprekken over de werkzaamheden en liep mee met activiteiten. Het viel haar op dat er juist veel verschillende soorten werk te doen waren. Helemaal niet zo saai als ze had verwacht. Ook was er veel verandering gaande in de bibliotheek. Er kwam nog een bibliotheek bij en de NOBB wilde vooruit, een bibliotheek van de 21e eeuw worden. Ze is drie dagen gaan werken, roulerend tussen de vestigingen van de Noord Oost Brabantse Bibliotheken, maar vooral werkzaam in de Bibliotheek Veghel. In het begin bezocht ze veel scholen in het kader van mediawijsheid, maar gaandeweg ging ze zich steeds meer richten op volwassenen. Nu doet ze alles, 'behalve de jeugd', vertelt ze. Voor de programmering neemt zij landelijke campagnes mee en overlegt ze met het kennisteam Volwassenen. Welgeteld zijn er twee andere twintigers werkzaam in de bibliotheek. Als lid van het Jonge Bibliothecarissen Netwerk, onlangs gelanceerd op het Nationale Bibliotheekcongres in Assen op 14 maart 2017, ziet ze graag meer leeftijdsgenoten in de bibliotheek.
×
Community librarian
Mateusz Domagalski
Toen Mateusz stage ging lopen bij de bibliotheek vanuit zijn MBO-opleiding als commercieel medewerker, lachten zijn vrienden hem uit. 'Wat ga je doen, boeken in de rekken terugzetten?' Eenmaal zijn stageverslag ingeleverd, bleek het tegenovergestelde. Met zijn stageplek had hij in vergelijking met zijn medestudenten veel verschillende dingen mogen doen en er een hoop van opgestoken. Hij was ook niet geheel onbekend met de bibliotheek. Mateusz was namelijk al eerder gevraagd of hij misschien een bijbaantje zocht. Als twaalfjarige is Mateusz vanuit Polen met zijn familie in Nederland komen wonen. Hij spreekt beide talen vloeiend, met licht accent en af en toe een originele woordspeling - 'Ik ben conflictloos' vertelt hij, in verband met de gesprekken die hij voert in de bibliotheek. Hij is ervan overtuigd dat als je 100% geïntegreerd bent, je alles kan doen in Nederland, iets wat niet vanzelfsprekend is in elk land. Een Poolse vriend van hem, Krystian Wojtynka is gaan werken in de bibliotheek en tijdens zijn stage, hebben zij een tijd samengewerkt. Via de contacten van Christiaan hebben ze in 2012 zelfs de rapper Mr Polska weten te strikken voor een rapsessie in de bibliotheek. Christiaan vertrok voor de liefde naar Noorwegen en Mateusz nam zijn werk als locatiemanager over. Ondertussen werkt hij al zes jaar bij Bibliotheek Maas en Peel in Limburg.
Hij is nu 24 jaar. Op maandag werkt hij in Panningen, bij de beveiliging, omdat de bibliotheek samen met het gemeentehuis in één gebouw zit en op de andere dagen in Maasbree. Bibliotheek Maas en Peel werkt in alle vestigingen met veel vrijwilligers. Op dit moment is Mateusz samen met Truus Rijswijk twee nieuwe vrijwilligers aan het inwerken. In totaal werken er, in verschillende hoedanigheden, meer dan 100 vrijwilligers bij Bibliotheek Maas & Peel. Mateusz heeft in het kader van Grundtvig, uitwisselingsprogramma voor een leven lang leren, rond bibliotheken getoerd in Duitsland, Polen, Denemarken, Noorwegen. Deze bibliotheken zijn ook in Maas & Peel op bezoek geweest. Ook heeft hij in het kader van Erasmus Plus, een maand een jobshadowing kunnen doen in Noorwegen. De traagheid van het bibliotheekvak viel hem daar vooral op, vertelt hij. Het gaat er nog trager aan toe dan in Nederland, juist door de grote afstanden, waar veel minder mensen wonen. De manier waarop ze daar werkten, waarbij alle mogelijke diensten vanuit de bibliotheek samengebracht werden naar één verzamelpunt, dat heeft hem geïnspireerd om het vertrouwen te winnen en zoveel mogelijke diensten voor en door de Poolse community van Peel & Maas te realiseren.
×
Community librarian
Stephan de Vilder
It is easy to send our stuff outside the walls of a physical facility. However, we must become proficient at sending our true value, our facilitation, out of the walls as well David Lankes, Atlas, p 114.

Als programmamaker Duurzaamheid en Ondernemers, verwacht je misschien een proactief type in pak, iemand die veel petten op heeft binnen een organisatie. Maar niets blijkt minder waar. Vele petten op hebben is voor Stephan helemaal niet aan de orde. Veel te gedateerd, ja iets van de oude wereld. Waardecreator, social innovator en trainer dekt beter de lading. Al laat het ook weer ruimte open voor (mis)interpretatie. Want waar is Stephan bij betrokken en wat doet hij daar precies? Een 'embedded librarian*' zoals Stephan is volgens David Lankes lokaal aanwezig bij de dingen die spelen, hij initieert, doet actief mee en ondersteunt waar nodig lokale initiatieven en netwerken.

* Embedded librarian – Bibliothecaris op locatie

Bibliothecaris die deel uitmaakt van een groep of team en zorgt dat die groep wijn werk goed kan doen door informatie, kennis en/of data ‘op maat’ aan te reiken

Zo loopt Stephan bij de broedplaatsen en start-ups van jonge ondernemers rond en laat hij zich inspireren door de millennials. Vooral de ondernemers die zich willen inzetten voor maatschappelijke ontwikkelingen in de stad.

Als procesbegeleider houdt hij groepsprocessen in beweging om productieve community's te realiseren. Hij heeft samen met lokale 'stadmakers' de Stadsambassade Alkmaar geïnitieerd. Waar mogelijk past hij co-creatieve werkvormen (zoals The Art of Hosting) toe. Soms zijn echter ook stevige interventies nodig. Afwisselend bottom-up en sturend, of deze processen nu vloeibaar of stroef zijn. Het is een kwetsbaar proces om te werken met mensen die (grotendeels) vrijwillig deelnemen. Hun intrinsieke motivatie is bepalend voor hun bijdrage aan de community en de maatschappelijke impact die je wilt realiseren.

Nu is Stephan met HRM-collega Marieke Hartevelt een nieuw initiatief begonnen. In Het Nieuwe Warenhuis, een voormalig filiaal van Carpetright waar allerlei zelfstandig ondernemers van de stad werken, gaan zes collega's van de Bibliotheek Kennemerwaard een eigen werkplek creëren en deelnemen in het ondernemersnetwerk. De standaard kantoorbureaus met stoelen staan nog wat onwennig tussen de tweedehandse meubeltjes en zelfs getimmerde tafels maar het territorium is toegeëigend. Liesbeth Munters, collega van Stephan, komt nog even buurten om te kijken wat er nog gedaan moet worden. De 'systeemverstorende' buitenboordmotortactiek van de Stadsambassade lijkt succesvol, zelfs de bibliothecarissen gaan er werken. Stephan is naast 'embedded librarian' ook zelfstandig ondernemer. Samen met collega-ondernemers begeleidt hij bibliotheekorganisaties in organisatieverandering. Uiteraard gericht op co-creatie. Op zijn website Van Nieuwe Waarde vertelt Stephan over zijn benadering.

×
Community librarian
Ema Najetovic
Increasing numbers of people are finding that a satisfying and rewarding life does not depend on material possessions or having the latest gadget developed by industry. They are finding that a satisfying life grows out of a deep sense of self-worth, in sharing oneself in close relationships, out of living openly, not hiding behind a mask or a role. They wish to be members of a community. They want to participate in the decisions which affect their lives. They want to resolve problems through communication of feelings, as well as ideas. - Carl Rogers - 'An open letter to participants of European workshops' (1986)
Ema is oprichter van Lieve Zaken, cultureel ondernemer en tekstschrijver, met een achtergrond in het onderwijs en sociaal-cultureel werk. Sinds een jaar is zij als zzp-er betrokken bij de Bibliotheek van Kennemerwaard. In eerste instantie had Ema alleen een adviserende rol bij Stadsambassade Alkmaar, maar nu is zij de drijvende kracht achter het redactieteam dat artikelen en verslaglegging doet rondom de Stadsambassade.
Zij heeft het online tijdschrift Shuffle opgericht, is sociaal betrokken bij minderheden in de maatschappij en ze werkt 1 dag per week bij het AsielZoekersCentrum van Alkmaar. Dat bracht haar bij de Stadsambassade. Als driejarige is zij met haar familie uit Bosnië vertrokken en als zesjarige kwam zij in Nederland wonen. Zij houdt van Nederland, voelt zich Nederlander maar zoekt ook bewust andere culturen op, juist omdat die culturele uitwisseling haar uitnodigt om ook wat te vertellen over Nederland.
×